Daisy loopt samen met andere kinderen op de speelplaats van de Papnunnen (*) in de Langestraat. De echte naam van de school is Sint-Vincentius a Paulo (**). Die moeilijke naam kent ze uit een boekje over het leven van die heilige man. Op de kaft staat een foto van hem en een non met net zo’n witte kap op haar hoofd als de nonnen van de Papnunnen.
Waarom de nonnen van haar school Papnunnen worden genoemd weet ze niet (***). Ze vraagt zich af of het iets te maken heeft met die wijde witte kap. Bij iedere stap die de nonnen zetten danst boven hun hoofd een vlinder met grote witte vleugels (****). Zou er onder die vlinder haar zitten? Ze zag nog nooit een plukje haar van onder zo’n kap komen. Zou het onder die kap niet verschrikkelijk warm zijn? Of is het hoofd van de nonnen kaal en net daardoor heel koud onder die kap? Zetten zij die af als ze in het klooster zijn en lopen ze dan kaal rond tussen de andere nonnen? Of houden ze die op tot ze gaan slapen? Zetten zij hun hoofddeksel misschien op het nachtkastje samen met hun valse tanden? Oh, wie weet geven ze elkaar na het avondgebed en een kruisje elkaar wel een aai over het hoofd!
Dat doet mijn mama ook voor ik ga slapen: een kruisje, een zoen en een aai. Papa houdt het bij een kruisje en een ‘god zegene en god beware je’. Zijn hand gaat nooit door mijn krullen. Ik denk dat papa dat wél met mama doet. Vanuit mijn bed hoor ik haar soms kreunen van plezier.
Ik dwaal af, denkt ze en ze richt zich weer op de nonnen en de vraag of ze wachten tot ’s avonds laat om naar de kapper te gaan. Of komt de kapper naar het klooster? Of is dat de taak van mijnheer pastoor? Of scheren de nonnen elkaar kaal tussen de zondagsmis en het lof? Ik word nooit non, want ik vind zo’n kap lastig. Geen wonder dat sommige nonnen hun kap over de haag gooien, schiet het door haar hoofd. Want dat doen ze wel eens. Hoe moet dat dan verder? Worden zij dan mensen? Zonder kap kunnen de nonnen toch niet onder de mensen komen. Misschien bedekken ze hun hoofd wel met een sjaaltje… Zou mevrouw Dendievel van het eerste leerjaar … ???
Zou Sint Vincentius die kap voor de nonnen hebben uitgevonden? Wordt hij daarom heilig genoemd? Waarom draagt hij er zelf geen? Omdat pastoors nooit hun kap over de haag mogen gooien! Wie zou er anders in de kerk de communie geven aan de nonnen, de kinderen en de grote mensen. Nonnen die hun kap over de haag gooien dat gebeurt wel meer denkt Daisy, want in haar school zijn er maar weinig nonnen meer.
In de klas van het eerste en tweede studiejaar staat geen non maar juffrouw Dendievel in de klas, in het derde en vierde studiejaar juffrouw Pannenkoecke en in het vijfde en zesde studiejaar juffrouw Schiettekatte. Toen Daisy’s mama naar de Papnunnen naar school ging stond er voor elke klas een non, heeft ze haar verteld. Nu kent Daisy enkel de non van de keuken, de non van de infirmerie en de non die op de speelplaats de bel laat rinkelen, de directrice.
Kijk daar staat de directrice bij de bel … Dong dong dong. De kinderen haasten zich naar de plek waar zij worden verwacht. Eén na één, netjes op een rij, zes rijen naast elkaar. Eén luid handgeklap volstaat als teken waarop alle kinderen hun paternoster uit de zak van hun schort halen. Tussen duim en wijsvinger voelt Daisy het eerste pareltje van haar eerste communie paternoster. Na vier jaar dagelijks gebruik zou ze haar paternoster blindelings uit alle soortgenoten herkennen.
Stapvoets – met zuster directrice voorop – lopen de kinderen in de richting van de Lourdesgrot, in de hoek van de speelplaats naast de toiletten. “Te Lourdes op de bergen verscheen in een grot, vol glans en vol luister de moeder van god, ave ave ave Maria, ave ave ave mari-i-a.”
Juffrouw Schiettekatte zegt luidop: “weesgegroet Maria vol van genade” en alle kinderen volgen met “de heer is met u, gezegend zij gij onder alle vrouwen en gezegend is de vrucht …”.
Dan verheft Juffrouw Pannenkoecke haar stem om het volgende weesgegroetje in te zetten, dan Juffrouw Dendievel en tenslotte zuster Directrice. Ondertussen mag het eerste kind van elke rij één van de zes kaarsen aansteken die op ijzeren pinnen staan aan de voet van de grot. De processie zet zich verder, naar het midden van de speelplaats toe. Pas wanneer de zes rijen weer netjes gevormd zijn, geeft zuster directrice met één luid handgeklap teken dat de kinderen in stilte hun klas weer mogen opzoeken.
Daisy vindt zo’n dagelijkse processie op de speelplaats wel leuk. Ook met kerstmis schrijdt ze – gekleed als een engel – heel devoot mee richting de kribbe in de kerk van ’t Bilkske. Wanneer er een processie is in haar straat loopt ze al zingend en luidop biddend mee; ze kijkt al uit naar de processie voor het heilig hart. Ze heeft echter wel vragen bij de processie voor een zieke buurjongen. Zingen en bidden omdat iemand dood gaat, dàt begrijpt ze niet.
Namasté, Viviane
(*) Papnunnen is dialect voor Papnonnen.
Op de website van Erfgoed Brugge wordt vermeld: “…een zuster van de orde van Sint-Vincentius a Paulo, in de volksmond ‘papnon’ genoemd”.
(**) Op de website van Erfgoed Brugge wordt vermeld: “Voormalig klooster van de zusters van de Heilige Vincentius a Paulo (1894-1983)”
(***) Op de website van Erfgoed Brugge wordt vermeld: “… Marie-Thérèse De Bie liet ook per testament een eeuwigdurend legaat na van 940 Fr per jaar te storten aan de CBG (Commissie van de Burgerlijke Godshuizen, een voorloper van de huidige OCMW) ten voordele van de bewaarschool , waarvan 900 Fr moest besteed worden aan een soepbedeling telkenjaar in de wintertijd door de Dochters van Liefde aan de kinderen van de school. Door die soepbedeling kregen de Dochters van Liefde de bijnaam van papnonnetjes. Ze werden daardoor onder bevolking zeer populair…”
(****) worden ook vliegkappen genoemd.
Op de website van Het geheugen van Tilburg wordt vermeld: “In de volksmond werden deze zusters ‘de Vliegkappen’ genoemd; officieel ‘Dochters van Liefde van de H. Vincentius à Paulo’.”
Bron 1° afbeelding
Bron 2° afbeelding
Bron 3° afbeelding
Pingback: Papnonnen – vivapo's Blog
Waar is de tijd… de nonnen bij wie ik zat in de lagere school waren van dezelfde orde maar droegen toen al zo een hangende kap. Boeiend geschreven en herkenbaar.
LikeGeliked door 1 persoon
jij bent dan ook een heel stuk jonger dan ik hé Bea!
LikeGeliked door 1 persoon
Ik keerde terug in de tijd. Ik voel zo de sfeer van weleer.
LikeGeliked door 1 persoon
dat ervaar ik als een compliment Hilde!
LikeLike
Ik heb als kind van 3 tot 10 jaar verbleven in sanatorium in Mariakerke in St.Vincentius a Paulo omringd door vele nonnen met vliegkappen..stuk van mijn kindertijd. Als grap probeerde we een papier prop in hun kap te mikken..inderdaad waar is de tijd…fijn om te lezen.
LikeGeliked door 1 persoon
dat vind ik zo leuk aan het schrijven en delen van korte verhalen … blijkt dat het herinneringen kan oproepen bij de lezers. Dank voor jouw reactie Moniek.
LikeGeliked door 1 persoon